Categorie: MUZIEK, WERELDMUZIEK
Maandag 25 Oktober 2010 at 2:12 pm
ESTUDIANTINA ENSEMBLE BRENGT DE SON NAAR DORDRECHT
Door Rik van Boeckel en met foto's van Nico de Mie (klik voor vergroting)
Zaterdag 23 oktober was het deels uit Cubanen bestaande Estudiantina Ensemble te zien en te horen in Club Rainbow in Dordrecht. De muziek van de groep ademt de sfeer van de oude Casa de la Trova's van Cuba. Cubaanse stijlen als son, danzón, bolero en guaracha zijn bij de musici van Estudiantina in de goede handen.Het ensemble speelt in de Estudiantina Danzón stijl. Mensen die wel eens in de Casa de la Trova in Santiago de Cuba zijn geweest, kunnen zich bij de muziek van dit gezelschap al snel in de sfeer van deze beroemde club wanen. De groep heeft op uitnodiging van het Cubaanse ministerie van Cultuur gespeeld op het 45e Festival Internacional de la Trova 'Pepe Sanchez'. Niemand minder dan zanger/gitarist Eliades Ochoa (Buena Vista Social Club) zat hier achter.
Bepalend voor het geluid van de groep zijn de eerste en tweede trés. Bandleider en gitarist Ricardo 'Aristides' Bekema neemt een groot deel van de vocalen voor zijn rekening. Hij is afkomstig uit Suriname en heeft lange tijd op Cuba gewoond. Helaas was in het gedeelte voor de pauze de afstemming van de instrumenten niet helemaal goed. Timbales en trompet waren te hard, al werd dat gedurende het concert beter. Door de harde sound van de timbales ging het mooie subtiele geluid van de tres soms verloren. Voor het publiek maakte dat geenszins uit, dat ging al snel de dansvloer op. Ondanks de geluidsproblemen klonk het Ensemble zeer hecht. Naast onbekende danzónes als Bodas de Oro (geschreven door Electo Rosell ‘Chepin') en Cajón de Muerto (Ángel Almenares) was het van La Vieja Trova Santiaguera bekende El Tren (Miguel Matamoros) een mooie uitschieter. Het beste voor de pauze was de eveneens door Matamoros geschreven sfeervolle danzón-bolero Noche Triunfal.
Na de pauze kwam de groep goed op dreef met de bolero-son La Flor y la Hoja Seca (José Nicolas) en de bekende klassieker van Miguel Matamoros Lágrimas Negras. De fraaie guaracha La Macha Rabiosa (Roberto Carrión) passeerde de revue en het slot van het concert werd opgeluisterd met de pure sones Son del Angelito (Estudiantina Invasora) en Santiago Es La Cuna (Eduardo Montes de Oca).
Bezetting:
Ricardo "Arístides" Bekema - bandleider, leadzang, gitaar.
Oscar Lorient Vedey "Papitín" (Santiago de Cuba) - timpani (Pailas Criollas).
Paul "Monte" van der Steen - leadzang , kleine percussie
Pedro Luís Pardo Cosme (Santiago de Cuba) - eerste trés , contrabas
Leo "Pantaleon" Martis - tweede trés, zang
Ernesto Paz Rivero (Camagüey Cuba) - contrabas, zang
Alexander Rodríguez Cala (Santiago de Cuba) - trompet, kleine percussie, zang
Op 27 november treedt er weer een Cubaanse groep op in Club Rainbow, namelijk Quinteto Caney. Zij spelen een mix van traditionele trova, bolero's, cha cha cha en populaire son. Met frisse arrangementen in de stijl van Buena Vista Social Club, Compay Segundo en Vieja Trova Santiaguera.
Cubaanse muziekstijlen, gespeeld door het Estudiantina Ensemble:
Son: traditionele Cubaanse muziek, in de 19e eeuw rond de Santiago de Cuba ontstaan uit de vermenging van Spaanse melodieën en Afrikaanse ritmes. De son is de oorsprong van de salsa. De son wordt meestal gespeeld in een bezetting van trés, een snaarinstrument van Spaanse oorsprong, contrabas, bongo´s, trompet of saxofoon en percussie: clave, campana, maracas, clave.
Danzón: danzón is de officiële muziek van Cuba, ontstaan in de 19e eeuw (1879) uit Europese ballroommuziek die gespeeld werd door Cubaanse ensembles. De voorlopers van de danzón zijn de danza, de contradanza en de habanera, alle drie stijlen met een Franse oorsprong. In eerste instantie werd de danzón gespeeld door een orquesta tipica, later door charanga-orkesten.
Bolero: deze romantische stijl werd voor het eerst half 19e eeuw gespeeld in Santiago de Cuba en werd al snel populair in heel de Cariben en Latijns Amerika. Bolero is van oorsprong gebaseerd op Spaanse en Napolitaanse liederen en romantische Franse ballades. Op Cuba veranderde de muziek onder invloed van Cubaanse ritmes en de reeds populaire danzón. Rond 1920 speelde het Matomoros Trio ‘Lágrimas negras'. De drie broers van dit trio mengden de bolero en de son: de bolero-son.
Guaracha: deze stijl kwam tot bloei rond het midden van de 19e eeuw in de cabarets van Havana. De van oorsprong Spaanse melodieën worden in de guaracha sterk beïnvloed door de ritmes van de rumba. De guaracha ontstond in de tijd van de eerste Cubaanse onafhankelijkheidsoorlog rond 1870. Bekende vertolkers van de guaracha waren Benny Moré, Celia Cruz, Sonora Matancera en Roberto Faz.
Reageer hieronder
Geen reacties