Categorie: WERELDMUZIEK

Dinsdag 03 Mei 2011 at 12:52 pm

Staff Benda Bilili’s rumba rolt door de Melkweg

Staff Benda Bilili foto Hans Speekenbrink Staff Benda Bilili foto Hans Speekenbrink Staff Benda Bilili foto Hans Speekenbrink

Door Rik van Boeckel met foto's van Hans Speekenbrink (klik voor vergroting)

Staff Benda Bilili, de groep gehandicapte muzikanten uit Kinshasa, bracht in het 2009 het spraakmakende Très très fort uit. Hierop werden Congolese rumba en Afro-funk gemixed met James Brown soul, Cubaanse muziek, reggae en rhythm & blues. In 2010 maakte de band furore in Nederland met optredens in Paradiso en op Lowlands. Over hun ontdekking in de straten van Kinshasa werd de indrukwekkende documentaire Benda Bilili gemaakt. Met een lovend onthaal op het filmfestival in Cannes tot gevolg. Onlangs was de docu op de Nederlandse tv te zien. Voorafgaand aan het concert in de Max werd die vertoond in dezelfde zaal.

Staff Benda Bilili foto Hans Speekenbrink Staff Benda Bilili foto Hans Speekenbrink Staff Benda Bilili foto Hans Speekenbrink

De documentaire is gemaakt door de Franse filmers Florent de la Tullaye en Renaud Barret. Zij ontdekten de musici in Kinshasa. De docu laat zien hoe de musici gezeten in hun rolstoelen ergens midden in de Congolese hoofdstad aan het spelen zijn. Het was 2005 en de 15-jarige niet gehandicapte Roger Landu voegt zich met zijn éénsnarige satonge bij de groep. Eénsnarige instrumenten zijn beslist geen uitzondering in Afrika, in Senegal kent men bv. de xalam. Landu heeft van een houten boog, conservenblik en één elektriciteitsdraad die als snaar dienst doet de satonge gefabriceerd. Die brengt een hoog ijl geluid voort: ‘gling gling'. De muziek van Staff Benda Bilili zou je deels rumba met satonge kunnen noemen. Behalve de satonge, de bas en de gitaren is er ‘le batterie Montana', een uit Congolese trommels gebouwde percussieset van Claude Montana.

Staff Benda Bilili foto Hans Speekenbrink Staff Benda Bilili foto Hans Speekenbrink Staff Benda Bilili foto Hans Speekenbrink

De meeste groepsleden zijn al vanaf hun jeugd verlamd door polio. De gitaristen Ricky Likabu en Coco Ngambali (50), de arrangeur van Staff Benda ontmoetten elkaar 30 jaar geleden toen ze goederen naar overkant van de rivier Congo brachten, van Kinshasa naar Brazzaville, de hoofdstad van het andere Congo. De la Tullaye en Barret filmden Staff Benda als ze speelden voor de deur van restaurants om geld los te krijgen van bezoekers en tijdens repetities in de dierentuin van Kinshasa. Als de groep ontdekt is en naar Europa vertrekt voor 'n eerste optreden op het festival Eurockéenes in Belfort, Frankrijk, wordt Landu bezorgd toegesproken door moeder en zuster want ze willen dat hij zich gedraagt, dat is de enige manier om te slagen. "Bedankt voor het advies," is zijn droogkomische reactie; met veel hilariteit in de zaal tot gevolg.
Na de film duurt het enige tijd voordat het optreden begint. Staff Benda is de week voor het optreden goed gepromoot via optredens bij De Wereld Draait Door en Vrije Geluiden en de zaal is dan ook vol. Als ze het podium opgereden worden, volgt een daverend applaus en hartverwarmend gejuich.
Ik herken gitarist/zanger Theo ‘Coude' Nsituvuidi. Eind augustus 2010 maakte ik een reportage over Staff Benda Bilili voor Jazz Magazine. Tijdens het interview legde Theo me uit wat Staff Benda Bilili betekent: ‘Verder kijken dan de uiterlijke schijn, en nadenken over wat je morgen gaat doen.' We spraken ook over de satonge: ‘Er is geen enkele groep ter wereld die dit instrument heeft. Het maakt onze sound uniek. Niemand maakt muziek zoals wij, ook niet in Congo.'

Staff Benda Bilili foto Hans Speekenbrink Staff Benda Bilili foto Hans Speekenbrink Staff Benda Bilili foto Hans Speekenbrink

Staff Benda begint met songs als Moziki en Moto Moindo. Het geluid is aanvankelijk nog niet zoals het wezen moet, te veel laag en weinig hoog, tijdens het optreden wordt het langzamerhand beter. Het wordt Afrikaans warm in de Max. Staff Benda klinkt door de vele optredens inmiddels als een geoliede machine. De hypnotiserende rumbagrooves worden afgewisseld met ballade-achtige stukken. Staff Benda speelt het repertoire van het album Très très fort met onverholen passie. Ze zingen in diverse Congolese talen zoals het Lingala- en in het Frans. In Tonkara, Lingala-slang voor karton, zingt de groep over het slapen op karton en de wens om op een matras te kunnen liggen. Inmiddels is die harde realiteit voor de groepsleden verleden tijd. Het succes heeft ervoor gezorgd dat ze nu hun huis hebben en dat hun kinderen naar school kunnen. Maar ze zijn niet vergeten waar ze vandaan komen, dus helpen ze hun gehandicapte vrienden die nog op straat leven. Er klinken ook nieuwe nummers zoals het pakkende Soucié dat een uitgebalanceerde opbouw kent. Het wachten is nu op het tweede album van de groep zodat deze nieuwe songs ook thuis te beluisteren zijn. Ik herinner me de woorden van Theo aan het eind van het interview vorig jaar. ‘De CD zal een aantal veranderingen kennen maar onze muziek zal in wezen hetzelfde blijven.'

Het hier genoemde interview is december 2010 gepubliceerd in het allerlaatste nummer van JazzMagazine.

De hierboven getoonde foto's zijn gemakt tijdens een eerder optreden in Paradiso




Reageer hieronder

Geen reacties





(optioneel veld)
(optioneel veld)
Deze stomme vraag dient ervoor om spam te voorkomen

Reactiemoderatie staat aan op deze site. Dit betekent dat je reactie niet zichtbaar zal zijn, tot deze is goedgekeurd door een beheerder.

Persoonlijke info onthouden?
Kleine lettertjes: Alle HTML-tags behalve <b> en <i> zullen uit je reactie worden verwijderd. Je maakt links door gewoon een URL of e-mailadres in te typen.